Restauratieve Tandheelkunde

Restauratieve Tandheelkunde

Heeft u vaak problemen met uw gebit, zoals het regelmatig afbreken van stukjes of loskomen van restauraties? Heeft u problemen met kauwen door het ontbreken van tanden en kiezen? Heeft u geen mooie lach of is uw gebit afgesleten? Dan kan het zijn dat de balans en functie in uw mond is verstoord en herstel van tanden en kiezen verstandig is om uw gebitsfunctie te herstellen en gebitsbehoud te realiseren.

Restauratieve tandheelkunde richt zich op het herstellen én voorkomen van vaak multifactoriële problemen binnen het kauwstelsel. Met dit herstel streven we een goede en gezonde mondfunctie met een duidelijke prognose voor de toekomst na. Een belangrijk onderdeel betreft diagnostiek (waarom is het probleem ontstaan?) en behandelingsplanning. Een voorbeeld van restauratieve tandheelkunde is bijvoorbeeld kronen.

Kronen

Een kroon is een kapje van metaal en/of porselein dat precies over een afgeslepen tand of kies past. Het kapje zit op de tand of kies vastgelijmd. Door een kroon krijgt de tand of kies zijn oorspronkelijke vorm en functie weer terug.

Wanneer kan een kroon nodig zijn?

  1. Er is onvoldoende houvast voor een vulling. Door tandbederf kan een groot deel van de tand of kies verloren zijn gegaan.
  2. Verbeteren van het uiterlijk. Meestal gaat het daarbij om verkleurde en/of slecht gevormde tanden of kiezen die voor in de mond staan.

Trekken van een tand of kies

Wanneer een tand of kies te ernstig beschadigd is om te restaureren, kan extractie (trekken) nodig zijn. Onze tandarts trekt uw tand of kies met een tang zodra de verdoving goed werkt. Hij maakt daarbij meestal een draaiende of wrikkende beweging. Dat is een vervelend gevoel. De kaakchirurg gebruikt daarbij ook andere instrumenten, omdat hij veelal de moeilijkere ingrepen doet. De ingreep verloopt pijnloos. Hechten is niet altijd noodzakelijk. Het hangt onder meer af van de grootte van de wond. De tandarts hecht de wond meestal niet. Kaakchirurgen hechten meestal wel. Hij sluit de wond met hechtdraad.

Hoe snel geneest de wond na het trekken van een tand of kies?

Het duurt een dag of tien voordat de wond helemaal dicht is. Als het bloed in de wond goed kan stollen, geneest de wond het beste. Met spoelen verwijdert u het stollende bloed. Daarom mag u de eerste dag uw mond niet spoelen. Drinken mag natuurlijk wel.

Wat is slecht voor de genezing?

Alcohol en roken vertragen de genezing van de wond. Zie hier daarom vanaf. Laat ook geen pijnstiller op de plek waar de pijn is smelten. Sommige pijnstillers kunnen op de plaats van de wond extra irritatie veroorzaken.

Wanneer kunt u weer eten?

Als de verdoving is uitgewerkt, mag u gerust weer voorzichtig eten en drinken. Wacht altijd met kauwen totdat de verdoving helemaal is uitgewerkt. Anders bijt u op uw wang of lip.

Wanneer kunt u weer tandenpoetsen?

U kunt uw tanden en kiezen weer normaal poetsen na het trekken. Doe het wel een beetje voorzichtig op de plaats waar net uw tand of kies is getrokken.

Klachten die kunnen optreden na het trekken van tand of kies?

Pijn

Na één tot drie uur raakt de verdoving uitgewerkt. Het is normaal dat u dan pijn krijgt. Zodra u merkt dat de verdoving raakt uitgewerkt, kunt u een pijnstiller nemen. Paracetamol, een pijnstiller die te koop is bij de drogist en apotheek, heeft meestal de voorkeur. Het kan ook zijn dat u een recept voor een pijnstiller meekrijgt van uw tandarts of kaakchirurg.

Nabloeding

Soms bloedt de wond na. Een spoortje bloed vermengd met speeksel is normaal. Stopt het bloeden na ongeveer twee uur niet vanzelf? Leg dan een dubbelgevouwen verbandgaasje of een opgerolde katoenen zakdoek op uw wond. Bijt hier ongeveer een kwartiertje op of druk de plek waar het bloedt stevig dicht met uw duim. Houdt de bloeding niet op? Neem dan contact op met uw tandarts of kaakchirurg.